FYI.

This story is over 5 years old.

Eten

Roos Vonk wil onderzoeken of vlees eten iets is voor mannen die zich superieur voelen

Volgens de hoogleraar sociale psychologie associëren we vlees eten met macht.

Stel: je bent fabrikant van milieuvriendelijke gootsteenontstopper en je wil dat mannen je product aanschaffen. Zijn natuurlijke neiging om de verwoestende variant te kopen kun je dan het beste veranderen met een stoer plaatje, een wolf bijvoorbeeld, zo ontdekten onderzoekers van Utah State University.

Het klinkt gedateerd in het tijdperk van genderneutraal opvoeden en een ruime keuze aan genderidentiteiten op Facebook, maar voor veel mensen is het concept mannelijkheid gekoppeld aan dingen als foutloos inparkeren, selfies met dode vissen en vlees grillen op de barbecue.

Advertentie

Roos Vonk is hoogleraar sociale psychologie aan de Radboud Universiteit Nijmegen. Dit najaar begint ze een onderzoek naar de relatie die mensen hebben met vlees en onze identiteit. Uit eerdere onderzoeken is gebleken dat vlees eten onbewust gekoppeld is aan mannelijkheid. Vonk denkt dat dit onbewust weer geassocieerd is met een gevoel van superioriteit: de mens staat bovenaan de voedselketen en vindt het om die reden geoorloofd om natuurlijke bronnen uit te buiten. Anders gezegd: om het klimaat naar de filistijnen te helpen.

We belden met Roos Vonk om te praten over haar nieuwe onderzoek.

MUNCHIES: Hallo Roos, fijn dat je even tijd hebt. Wat ben je aan het doen? Roos Vonk: Ik rij op dit moment naar de hondenopvang om mijn honden op te halen.

Je houdt van dieren. Ja, maar ik bekijk ze niet vanuit een dominante positie. Ze hebben allemaal hun eigenaardigheden, net als mensen. Ik denk dat een heleboel mensen zo naar huisdieren kijken, ze zien een dier met gevoel en een eigen persoonlijkheid.

Heb je daarom een hekel aan vleeseters? Haha, nee hoor. Sommige van mijn beste vrienden eten vlees. Ik zie het breder. Als je iets koopt, is dat net als investeren in een sector. Je zegt eigenlijk: hier is mijn geld, ga zo door. Fabrikanten en leveranciers interpreteren dat zo. Of je nou kleren koopt die in Bangladesh zijn gemaakt of iets bij de Action, waar ze niks doen aan duurzaamheid. Ik ben dus eerder teleurgesteld in mensen die meewerken aan een systeem dat dierenleed en klimaatverandering veroorzaakt. n dat mensen hun hogere mentale vermogens vooral gebruiken om recht te praten wat krom is. Bijvoorbeeld dat je als individuele eter geen invloed hebt. Ten eerste is dat niet waar, ten tweede: hoe wil je jezelf aankijken in de spiegel als je de hele tijd meewerkt aan iets dat tegen je persoonlijke moraal ingaat?

Advertentie

Hoe komt het dat veel mensen een onderscheid maken tussen dieren die ze eten en dieren waar ze op de bank mee knuffelen? Er zijn de laatste jaren interessante onderzoeken gedaan naar carnisme. Dat is dat je dieren minder gevoel toedicht als ze eetbaar zijn. Een varken is bijvoorbeeld intelligenter en gevoeliger dan een hond, maar wij zien dat niet, omdat ze eetbaar zijn. Er zijn mensen die veel van dieren houden en het bijvoorbeeld verschrikkelijk vinden als kinderboerderijdieren worden verwaarloosd of als paarden worden mishandeld, maar die wel hun mandje in de supermarkt volgooien met vlees uit de intensieve veehouderij. Ik ken genoeg van zulke mensen. Daarbij valt het kwartje gewoon niet.

Waarom vind je dit als psycholoog zo interessant? Mijn specialisme is zelfbedrog. Mensen hebben behoefte aan een positief zelfbeeld en ze verstoren informatie om dat beeld in stand te houden. De smoesjes die mensen verzinnen om vlees te eten zijn vaak ook een vorm van zelfbedrog.

In 2011 was je co-auteur van een onderzoek dat Diederik Stapel deed, waar uit naar voren kwam dat vleeseters egoïstische hufters zijn. Dat onderzoek bleek nep. Nu ga je toch weer onderzoek doen naar vleeseters. Wat ga je precies onderzoeken? Mijn theorie is dat het stoer wordt gevonden om vlees te eten, en je om het klimaat bekommeren niet. Het onderzoek van Utah State University sluit daar mooi bij aan: mannen zijn eigenlijk best onzekere watjes, dat ze bevestiging van hun mannelijkheid nodig hebben voordat ze groene keuzes durven te maken. Diervriendelijkheid en empathie worden gezien als vrouwelijke eigenschappen. Ik denk dat mannen zich geremd voelen om zich te bekommeren om het klimaat en om dieren omdat ze dat soft vinden. En dat dat weer te maken heeft met die behoefte aan dominantie en superioriteit. Vijf jaar geleden wilde ik dat onderzoeken, samen met Diederik Stapel. Dat ging mis omdat hij data verzon. Veehouders en vleeseters zeggen nu natuurlijk: nou, dat klopte dus niet. Dat is een verkeerde conclusie: het onderzoek is nooit gedaan, dus we weten het niet. Inmiddels is er wel ander onderzoek waaruit blijkt dat sommige mensen het eten van vlees koppelen aan hun identiteit, en dat vlees eten in allerlei culturen is geassocieerd met macht, dominantie en mannelijkheid.

Advertentie

Hoe koppel je dat aan het klimaatprobleem? Vleesproductie is de belangrijkste oorzaak van klimaatverandering: het draagt er meer aan bij dan vliegtuigen, vrachtschepen en auto's bij elkaar. Maar recent onderzoek suggereert dat er ook een verband is tussen exploitatie van dieren en van de aarde, en dat dat weer samenhangt met dat dominantie-georiënteerde denken. Als je mensen ziet als superieur, dan vind je dat alle natuurlijke bronnen er zijn voor de mens om geëxploiteerd te worden. Mensen die daar niet zoveel mee hebben zeggen: ja, maar de technologie vindt er wel een oplossing voor. Ook dat is superioriteitsdenken: wij mensen vinden wel weer een manier om het te beheersen. Terwijl ik juist denk dat de oplossing komen uit een andere manier van denken, meer egalitair ten opzichte van dieren en natuur. Niet de mens als heerser over de natuur, maar als deel ervan.

Maar wat schiet je daarmee op voor de dieren en het klimaat? Gaan mannen niet juist meer vlees eten als uit onderzoek blijkt dat dat mannelijk is? Ik denk van niet. Ik denk dat je kunt zeggen: echte mannen zijn lief voor dieren. Als je een echte man bent, durf je ook je zachte, empathische kant te laten zien. Alleen mannen die onzeker zijn hebben het nodig om achter een barbecue te staan met een gezicht alsof ze dat zwijn zelf hebben gevangen, hahaha.

Inmiddels hebben we ook zoveel alternatieven voor vlees, dat we het helemaal niet meer nodig hebben. Dus als mijn gedachte klopt, dan zou je tegen zo'n man kunnen zeggen: jij bent onzeker over je mannelijkheid, maar dat is toch geen goede reden om ons klimaat naar de knoppen te helpen? Ik denk dat dat soort reacties beter werken dan rationele argumenten. Je krijgt mannen ook eerder uit een Hummer als je zegt: wat jammer joh, dat je zo'n kleine piemel hebt dat je in zo'n auto moet rijden. Daar is de Hummer-rijder gevoelig voor, niet voor verhalen over het klimaat. Maar dit zeg ik als activist, niet als wetenschapper. Als wetenschapper wil ik verkennen waarom de een met dieren meeleeft en zich om het klimaat bekommert en de ander niet.

Kun je eigenlijk wel wetenschapper en dierenactivist tegelijk zijn? Nou, om te beginnen moet je niet denken dat het wetenschappers normaliter niks uitmaakt wat er uit hun onderzoek komt.Veel wetenschappers hebben een doel: hun theorie bewezen zien worden. Daarnaast worden heel veel wetenschappers door eerzucht gedreven: als het onderzoek mooi uitpakt, is dat goed voor hun carrière. dat vindt niemand erg. Wat is er dan mis mee als je wordt gedreven door idealen in plaats van persoonlijke ambitie? Er zijn ook wetenschappers die onderzoek doen omdat ze hopen dat ze daarmee discriminatie kunnen helpen bestrijden, of bevorderen dat we kinderen in de derde wereld van hongersnood redden. Dat soort idealisme vinden we denk ik ook prima als drijfveer. Mijn drijfveer is om de irrationaliteit van mensen te bestrijden waar het gaat om gebruik van dieren en vlees eten. Dat ligt blijkbaar gevoelig. Ik denk dat mensen het ervaren alsof ik iets van ze af wil pakken, hun recht op een goedkope karbonade. En misschien is zelfwaardering daar wel aan verbonden: 'Ik ga toch geen planten eten, ik ben toch geen konijn.'

Ik kan me voorstellen dat dit onderwerp vaak tot verhitte discussies leidt tijdens een barbecue met vrienden of familie. Ik probeer het een beetje te vermijden, maar het gebeurt inderdaad regelmatig. Laatst zei iemand nog: "Ach, mensen staan nou eenmaal bovenaan de voedselketen." Toen zei ik: "Als mensen echt zo slim zijn, waarom zijn ze dan de hele planeet aan het ruïneren?" Toen zei hij, nog trots ook: "Tja, wij behoren tot de superieure soort die de planeet kan verwoesten. Dat kunnen dieren niet." Dat is toch idioot, dat mensen daar nog trots op zijn ook?

Roos Vonk hoopt dat er zoveel mogelijk verschillende mensen meedoen aan haar onderzoek naar empathie met mens en dier. Mensen die bijvoorbeeld erg met dieren meeleven, maar juist ook mensen die dat gevoel helemaal niet kennen. Mensen die heel betrokken zijn bij minderheden of vluchtelingen, maar niet bij dieren. En zelfs mensen die denken: ja hallo, al die ellende in de wereld, wat kan ik er aan doen, ik heb iets anders te doen in mijn leven, kunnen de wetenschap over dit onderwerp verder helpen. Het onderzoek start dit najaar, maar je kunt je alvast opgeven via deze link.