Daarom is suiker zo verdomd verslavend

De hiërarchie op het gebied van voeding verandert voortdurend. Vet en koolhydraten worden soms de hemel in geprezen en dan weer weggezet als kwaadaardig, afhankelijk van de grillen van de diëten, de tijdgeest, of de nieuwste wetenschappelijke inzichten. Maar suiker heeft het de laatste tijd moeilijk – erg moeilijk. De manier waarop wij vandaag suiker eten, is eigenlijk altijd slecht.

Niet dat je de suikerindustrie dat niet kunt verwijten, hoor. Zij liegen ons voortdurend voor en moedigen dokters en tandartsen aan om te beweren dat suiker onderdeel moet zijn van een gebalanceerd dieet. (Dat is ook zo, maar met mate. Hagelslag bovenop je koffiesmoothie met 1400 calorieën gooien is niet 'met mate'.)

Een recent onderzoek van de Universiteit van Californië werd gepubliceerd in de Journal of Clinical Endocrinologyand Metabolism, en hierin valt te lezen waarom suiker nou eigenlijk zo verdomd slecht voor ons is. Wat blijkt? We houden ervan omdat het stress vermindert.

"Stress kan ervoor zorgen dat we meer lekkere, makkelijke dingen willen eten. Comfortfood heeft vaak een hoog suiker- en vetgehalte," schrijven de auteurs van het onderzoek. "Veertig procent van de mensen zegt meer te eten wanneer ze gestrest zijn. En ongeveer tachtig procent zegt meer suiker te eten onder stress, los van of ze überhaupt meer of minder eten in zo'n situatie. Kennelijk is het moeilijk om geen suiker te eten als je gestrest bent. Deze gewoonte verhoogt bovendien het risico op chronisch te veel eten, obesitas en andere vergelijkbare aandoeningen."

Tuurlijk, dat klinkt allemaal best logisch. Hoe vaak greep jij niet naar snoep toen je op de middelbare school voor je herkansingen aan het leren was?

Maar het is allemaal net iets complexer: er spelen neurologische processen mee. De onderzoekers deden een experiment met negentien vrouwen die in twee groepen werden verdeeld. De ene groep dronk drie keer per dag Kool-Aid met suiker, gedurende twaalf dagen, naast hun gebruikelijke dieet. De andere groep deed hetzelfde met een fruitdrankje, gezoet met de kunstmatige zoetstof aspartaam. Na twaalf dagen moesten ze allemaal een opdracht uitvoeren. Aan de hand van een rekenopdracht met tijdslimiet en negatieve feedback werd de stress opgemeten, met bloedtesten en hersenscans.

De resultaten? De groep die suiker dronk had duidelijk een lager gehalte cortisol (een stresshormoon) dan de groep van de kunstmatige zoetigheden. De hersenscans van de suikerdrinkers lieten ook een duidelijke afname van activiteit zien in het hersengebied waar onrust, angst en stress vandaan komen.

De onderzoekers beweren dat dit onderzoek een van de eerste is waarin een duidelijk verband wordt aangetoond tussen de consumptie van suiker en de afname van cortisol. "Het niet om kunnen gaan met stress én het te veel consumeren van suiker zijn twee groeiende gezondheidsproblemen," schrijven de auteurs van het onderzoek. "Wij vermoeden dat het stressverminderende effect van suiker de dagelijkse suikerconsumptie, die diep in ons gedrag zit geworteld, beïnvloedt. En dat gedrag verhoogt weer het risico op obesitas, en zou weer een mogelijke verklaring kunnen zijn voor de verschillende subtypes van ziektes als een zware depressie.

Klinkt als een heel ongezonde vicieuze cirkel. Vergeet dat niet de volgende keer dat je gestrest op het punt staat om een zak snoep open te trekken.