Geef je genen de schuld van je koffieverslaving

Als jij een van die personen bent die T-shirts draagt met daarop een lijfspreuk over koffie, kun je voortaan je DNA de schuld geven. Nee, niet voor het feit dat je 32 bent en nog steeds lollige koffie-shirts koopt, maar voor je koffieverslaving. Een team van onderzoekers heeft namelijk ontdekt dat er een verband is tussen de consumptie van koffie en een zeer specifieke genvariatie.

Onderzoekers van de Universiteit van Edinburgh hebben in een recente studie de koffiegewoonten van 1207 inwoners van zowel Noord- als Zuid-Italië onderzocht. Hierbij ontdekten zij dat mensen met een variatie in een gen, genaamd PDSS2, minder koffie dronken dan de cafeïnemonsters die deze specifieke variatie niet hadden. Het verschil tussen de twee groepen was de inname van twee extra koppen koffie per dag.

Het onderzoek werd voor de tweede keer uitgevoerd in Nederland. Hier zorgden 1731 deelnemers voor een soortgelijk resultaat, hoewel iets minder nadrukkelijk. (Tijdens dit onderzoek werden er een paar Nederlanders uitgesloten die meer dan twintig koppen koffie per dag dronken; waarschijnlijk omdat zij niet konden stoppen met trillen en hierdoor de vragenlijst niet meer konden invullen).

In de gepubliceerde studie – terug te vinden in het tijdschrift Scientific Reports – wordt gesuggereerd dat PDSS2 het vermogen van het lichaam om cafeïne te verwerken reguleert. Degenen die over deze genetische variatie beschikken drinken beduidend minder koffie omdat hun lichaam cafeïne minder snel afbreekt – zij merken de effecten van koffie veel langer dan de rest van de bevolking. Bestel jij bij Starbucks altijd een kleine koffie, dan kan het zijn dat je een afwijking hebt in je PDSS2-gen. (Het zit trouwens op chromosoom 6, mocht je je DNA zelf thuis willen ontleden).

Hoewel de onderzoekers op hetzelfde resultaat stuitten na het onderzoeken van beide groepen, was het verschil bij de Italianen toch duidelijker aantoonbaar. Hoe kan dit? De onderzoekers denken dat het komt omdat er een verschil is in hoe de inwoners van beide landen hun koffie drinken. "In Italië zijn mokka en espresso de populairste koffiesoorten, terwijl dit in Nederland filterkoffie is," schreef hoofdonderzoeker Nicola Pirastu. Hoewel de concentratie van cafeïne in de verschillende koffiesoorten vrijwel gelijk is, krijgen Nederlanders toch bijna drie keer zoveel cafeïne binnen omdat zij grotere koppen gebruiken.

MEER LEZEN: In Boston zijn kleuters verslaafd aan koffie

Pirastu vindt dus dat er een link is gevonden tussen het PDSS2 gen en koffieverslaving, maar zegt ook dat er wel meer onderzoek nodig is om het biologisch mechanisme dat de twee verbindt te begrijpen: "Het is belangrijk dat we nu weten dat het verlangen naar koffie genetisch is bepaald, en hebben stappen gezet in het begrijpen hoe het lichaam cafeïne verwerkt."

Voordat hij begint met het uitschrijven van dat onderzoek zal hij waarschijnlijk eerst een pot koffie zetten. Of tien.