Janna blurry
Beeld met dank aan de auteur. 
Drugs

Hoe het is om te stoppen met drank en drugs als feesten deel is van je identiteit

"Ieder weekend gebruikte ik coke, poppers en ketamine, ik struinde alle afters in de stad af en verwierf de twijfelachtige bijnaam “Keta-Queen”."

Ik wil verdwijnen. Het liefst verdoof ik mezelf zo, dat ik niets meer hoef te voelen. Ik ben verslaafd.

Dit schreef ik vorig jaar in mijn dagboek, op 11 oktober 2022 om precies te zijn. Ik gebruikte op dat moment bijna tien jaar drugs, en had me net aangemeld voor een behandeling bij verslavingszorg Jellinek. Dat was niet echt van harte: de gedachte aan stoppen alleen al maakte me doodsbang. Maar er zat niets anders op.

Advertentie

Een korte geschiedenis van mijn drugsgebruik: de eerste pil die ik nam was op een festival, net na mijn eindexamen. Daarna gebruikte ik sporadisch, om te experimenteren en om leuke avonden nog leuker te maken. Toen ik begon met draaien in clubs veranderde dat – elk weekend snuiven werd de regel. Mijn leven was een feest en ik zette de bloemetjes geestdriftig buiten. 

Jarenlang ging het eigenlijk heel erg goed met me: ik haalde al mijn vakken, had een rijk sociaal leven en maakte naam voor mezelf. Maar toen begon de coronacrisis. De clubs sloten, iedereen was druk met desinfectiegel en mijn relatie van vier jaar ging uit. Mijn gebruik werd obsessief: drugs waren niet langer een middel, maar een doel op zich. Ieder weekend gebruikte ik coke, poppers en ketamine, ik struinde alle afters in de stad af en verwierf de twijfelachtige bijnaam “Keta-Queen”. Met vrienden en vreemden moest ik vaak enorm lachen om onze vreemde nachtelijke avonturen, maar in die tijd kreeg ik voornamelijk te maken met de negatieve gevolgen van enthousiast drugsgebruik. Mijn huid was naar de tering, ik viel acht kilo af en doordeweeks werd ik geplaagd door drugsdowners en huilbuien waar geen eind aan leek te komen. Van vrienden kreeg ik te horen dat ik geen vragen meer aan ze stelde, en niet echt leek te luisteren als ze me iets vertelden. En ik had inmiddels ook flink wat schulden opgebouwd. 

Advertentie

Toch had ik niet het idee dat mijn drugsgebruik in het weekend een probleem was. Toen mijn psycholoog – bij wie ik al een paar jaar kwam vanwege eenzaamheidsklachten – suggereerde dat het misschien wel de drugs waren waardoor ik me zo onzeker en slecht voelde en dat stoppen een goed idee zou zijn, lachte ik haar uit. “Stoppen? Dat nooit,” zei ik. Ik was jong, single en dj in Amsterdam – drugs maakten deel uit van mijn identiteit. Wat zou er nog van me overblijven als ik ermee stopte? Goed, ik was beginnend journalist, net cum laude afgestudeerd en een fanatiek sporter, maar er was niets wat me zo definieerde als partyen

Ik loog mezelf dan ook maandenlang voor dat ik die levensstijl van hard werken en hard feesten prima aankon – dat ik me op maandag tot en met woensdag ellendig voelde, was ik op vrijdag alweer grotendeels vergeten. 

Het ging pas echt mis toen er begin augustus ineens een suïcidale gedachte bij me opkwam. Mijn “dieptepunt” beschreef ik toen in mijn dagboek:

Afgelopen vrijdag ben ik na een nietszeggende after nog twee uur in m’n eentje thuis doorgegaan in bed met keta en poppers, onduidelijk wat echt was en wat hallucinatie. Het voelde alsof ik in een psychose terechtkwam waar ik niet meer uit kon komen, waardoor ik totaal in paniek raakte. Het was zo eng. Maar in plaats van stoppen bleef ik doorgaan. Nog een nak, nog een snuif poppers. Het enige wat ik wilde was verdwijnen, weg van hier. Terwijl ik dit schrijf, zit ik op mijn dakterras en kijk ik naar de zon die langzaam achter de huizen zakt. Ik zou hier net zo goed vanaf kunnen springen.’

Advertentie

In de verslavingszorg noemen ze zo’n moment 'rock bottom'. Bijna niemand had door dat het slecht met me ging, ik wist het goed te verbloemen. Maar al hadden ze het wel gezien en er iets van gezegd, dan had dat waarschijnlijk weinig uitgemaakt. Hoe vaak er ook tegen je gezegd wordt dat je iets aan je gebruik moet doen, meestal is rock bottom gaan de enige manier om dat zelf ook in te zien. Ik schrok zo van die duistere gedachte dat ik liever dood wilde zijn, dat ik me dezelfde avond nog aanmeldde bij Jellinek. 

Dat was overigens geen makkelijke beslissing. Ik was nogal huiverig voor de verslavingszorg – omdat ik sociaal en in mijn werk nog prima functioneerde, was ik bang dat ik er niet “slecht genoeg” aan toe was, en dat ze me daar met opgetrokken wenkbrauwen zouden ontvangen. Aan de andere kant was ik juist bang dat ik na mijn aanmelding meteen opgenomen zou worden, en dat ze me zouden vertellen dat ik de rest van mijn leven geen drugs meer zou mogen gebruiken. 

Maar dat bleken misvattingen. De afspraken bij Jellinek waren eigenlijk heel relaxed. Elke week kon ik er heen voor een een-op-eengesprek met een behandelaar. We onderzochten de achterliggende redenen van mijn drugsgebruik. Het werd me duidelijk dat ik gebruikte als coping – het zorgde voor rust in mijn drukke hoofd en maakte dat ik me even minder eenzaam voelde. Ik kreeg de diagnose ADHD en hoogsensitief: een combinatie die je gevoelig kan maken voor verslaving. 

Advertentie

Meteen helemaal stoppen hoefde niet. Ik sprak een stopdatum af met mijn behandelaar, en in de weken daarvoor gebruikte ik meer dan ooit. Op de laatste avond vierde ik mijn zesentwintigste verjaardag. Ik proostte met al mijn vrienden en gebruikte zes verschillende soorten drugs door elkaar. Toen het feest tegen vijf uur ‘s ochtends op z’n eind liep, ging ik naarstig op zoek naar een after – maar die bleef uit. Ik kroop huilend mijn bed in. 

Inmiddels is het vijf maanden geleden dat ik voor het laatst alcohol of drugs tot me nam (met alcohol ben ik gestopt omdat het de drempel naar drugsgebruik verlaagt.) Mijn traject bij Jellinek duurde dertien weken, dat heb ik afgerond. Aanvankelijk zou ik zes maanden stoppen, maar al snel besloten we dat te verlengen tot een jaar. Op die manier maak ik alle seizoenen en feestdagen een keer nuchter mee. Inmiddels flirt ik wel eens met de gedachte om helemaal nooit meer drank en drugs te nemen. 

Veel mensen om me heen vragen hoe het me gaat, en of het nuchtere leven me niet zwaar valt. Soms is het inderdaad best lastig om niets te drinken of te gebruiken. De eerste keer draaien zonder drank voelde heel vreemd, omdat ik niets had om mijn zenuwen mee te bedwingen. Ook is het moeilijk als ik met mensen ben die het echt flink op een zuipen zetten. Vriendinnen met wie ik een weekendje in Spanje was, bijvoorbeeld, bestelden op elk terras sangria en ‘s avonds dronken ze flessen wijn leeg. Daardoor voelde ik een afstand tussen ons ontstaan, alsof we ons op verschillende frequenties begaven. Zij waren lam aan het brallen of brak, ik was ondertussen aan het overpeinzen hoe de fack ik dit zou volhouden. 

Advertentie

Of toen ik, twee weken na mijn stopdatum, op date ging. Ik had van tevoren aangegeven dat ik niet meer dronk – de rest zou ik wel tijdens de date zelf vertellen, dacht ik. Maar na nog geen half uur vroeg die jongen of ik “alleen niet meer dronk”, want hij had “voor de zekerheid” GHB en coke meegenomen. Hij bestelde het ene na het andere drankje – toen hij z’n achtste old fashioned achterover had geslagen, wist ik niet hoe snel ik weg moest komen. 

Veel mensen in mijn omgeving zijn wel bewust bezig met “of hun relatie met drank en drugs ook anders kan”, maar toch ben ik vaak de enige die niets drinkt en gebruikt. Daardoor voel ik me wel eens alleen, of zelfs een beetje buitengesloten. Laatst stond ik in de wc in een restaurant, waar ik was voor een verjaardag, en een groepje van zes wurmde zich langs me heen om in het wc-hokje te snuiven. Dat voelde vreemd: zij wel, ik niet. 

Aan de andere kant gaat het me makkelijker af dan ik van tevoren had gedacht. Toen ik voor het eerst uitging zonder drank of drugs, voelde ik me ronduit euforisch. Het was zo’n enorme overwinning. Ook ben ik me veel bewuster van wat zich allemaal in mijn leven afspeelt, en voel ik veel beter waar mijn grenzen liggen. Bij zo’n date met een dronken jongen zou ik voorheen waarschijnlijk ingegaan zijn op zijn voorstel, omdat ik hem niet wilde afwijzen. Als feestjes saai of vervelend werden, nam ik meer drugs in de hoop dat het leuker zou worden. Nu ga ik gewoon naar huis als ik moe ben. Dat blijft een bijzondere gewaarwording. Mijn weekenden zijn langer, mijn zaterdagmiddagen bestaan uit sporten en lunchen met vrienden. Ook ben ik productiever – de prioriteit heeft zich verschoven van feesten (en het bijbehorende brak zijn) naar mijn carrière. De grootste winst is misschien wel de rust en ruimte die ik in mijn hoofd ervaar. Ik sta achter alles wat ik doe: geen van mijn gedragingen of gevoelens worden beïnvloed door een chemisch proces, alles is echt. Daardoor hoef ik niet meer constant te piekeren over wat ik heb gezegd of hoe ik heb gedaan.

Advertentie

Los van de voordelen en nadelen van mijn nieuwe leven zonder middelen, zijn er ook dingen die gewoon anders zijn. Ik moet eraan wennen dat ik soms de stillere persoon in de groep ben. Waar ik vroeger op de bar stond te dansen, blijf ik nu wat meer op de achtergrond. Ik raak sneller overprikkeld op feestjes en ben regelmatig in gedachten verzonken. Het is best een uitdaging om te stoppen met een gewoonte die in onze met alcohol doordrenkte maatschappij als heel normaal wordt gezien. Het vergt wilskracht en doorzettingsvermogen om niet toe te geven. Maar daar kun je mee leren omgaan, en het maakt ook trots. 

Ik leer mezelf nu op een andere manier kennen. En ik vind die introverte versie van mezelf eigenlijk best leuk. Doordat ik liever voor mezelf ben, kan ik dat ook voor anderen zijn. Voorheen kon ik vaak niet de focus opbrengen om te luisteren als vrienden over hun problemen vertelden, ook al wilde ik dat wel. Dat kwam heel asociaal over. Ook werd er weleens gezegd dat ik me op feestjes arrogant gedroeg – maar het was de ketamine waardoor ik door mensen heen keek. Nu steek ik energie in personen die belangrijk voor me zijn en is de verbinding puur. Ik kan mijn vrienden niet vaak genoeg bedanken dat ze me niet hebben laten vallen in die asociale tijd.

Verslaving is iets waar ik de rest van mijn leven waakzaam voor moet zijn. Hoe de toekomst zal zijn, weet ik niet. Mijn gedachten dwalen soms af naar hoe mijn leven eruit zou zien als ik weer zou drinken en gebruiken. Ik ben jaloers op mensen die dat kunnen zonder door te slaan en vervolgens in zelfhaat te verdrinken. Het liefst was ik iemand die gecontroleerd kan gebruiken, maar het is nu nog te vroeg om te zeggen of dat ooit zal lukken. Voor nu associeer ik drugs met narigheid, maar ik hoop dat er een moment komt dat ik ze weer zie als spannend en leuk.

Ik ben gelukkig geworden sinds ik niet meer gebruik, stoppen is een fantastische beslissing geweest. De chaos in mijn hoofd en mijn angst voor eenzaamheid zijn er echter nog steeds. Drugs waren daarvoor een snelle oplossing; nu ben ik aan het leren daar op een duurzame manier mee om te gaan. Dat is nog een lange weg. Maar één ding weet ik zeker: drank en drugs definiëren mij niet. Ik ga nooit meer terug naar verdoven zoals ik dat deed.

Denk jij aan zelfdoding? Of ken jij iemand die aan zelfdoding denkt? In Nederland kan je anoniem praten met 113 Zelfmoordpreventie via chat op www.113.nl, of bel 0800-0113 (gratis) of 113 (gebruikelijke telefoonkosten). In België kan je bellen, chatten of mailen met de Zelfmoordlijn 1813.

Neem in België voor alle vragen over drank, drugs, pillen, gamen en gokken, contact op met de Druglijn of bel 078 15 10 20. In Nederland kun je voor dezelfde onderwerpen contact opnemen met het Trimbos-instituut, via de website of het telefoonnummer 0900-1995. Op de site van Jellinek kan je testen hoe het met jouw gebruik staat en meer informatie vinden over verslavingszorg.